Q&A Omgevingswet XII: Inwerkingtreding Omgevingswet; gooit het Coronavirus roet in het eten?

De Omgevingswet vervangt alle bestaande wet- en regelgeving op het gebied van de fysieke leefomgeving (o.a. ruimtelijke ordening, milieu en natuurbescherming). Onder het motto “eenvoudig beter” zullen 40 wetten en 120 AMvB’s worden gebundeld in één wet en vier AMvB’s. Dat zou het omgevingsrecht inzichtelijker, voorspelbaarder en gemakkelijker in het gebruik maken; een integrale benadering van de fysieke leefomgeving, meer flexibiliteit en afwegingsruimte voor lokale overheden en snellere besluitvorming.

Wij zullen op deze plek wekelijks een vraag beantwoorden ten aanzien van de Omgevingswet. De vraag van deze week luidt: Heeft het coronavirus gevolgen voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet?

Omgevingswet vanwege coronavirus toch niet in werking op 1 januari 2021

Tot en met vorige week vermeldden wij in de inleiding van ons blog steeds “Als het aan het kabinet ligt, treedt de Omgevingswet per 1 januari 2021 in werking.” Zoals vermeld in ons eerste blog had het kabinet op 29 november 2019 in een brief aan de Tweede Kamer laten weten dat er nog een hoop moest gebeuren maar dat de inschatting van de betrokken minister en de bestuurlijke partners was dat het met een gezamenlijke aanpak mogelijk zou zijn om de Omgevingswet per 1 januari 2021 in werking te laten treden en dat daarover uiterlijk op 1 juli 2020 definitief een knoop zou worden doorgehakt door het inwerkingtredings-Koninklijk Besluit wel of niet aan te bieden bij de Tweede Kamer. De minister schreef op 29 november 2019 dat alleen te willen doen als invoering op 1 januari 2021 verantwoord zou zijn. In de tussentijd zijn de meeste wetgevingsproducten (Omgevingswet, Invoeringswet, drie van de vier Aanvullingswetten) gereed en liggen de laatste wetsvoorstellen bij de Tweede en Eerste Kamer.

Toch is gisteren (1 april 2020) al de knoop doorgehakt: de geplande inwerkingtreding op 1 januari 2021 gaat niet door en wordt tot nader te bepalen moment uitgesteld. Volgens het kabinet hebben de overheidsmaatregelen om het coronavirus onder controle te krijgen en die die ingrijpen in het dagelijks leven en activiteiten van burgers, bedrijven en bestuursorganen namelijk ook effect op de voortgang van de implementatie en inwerkingtreding van de Omgevingswet. Weliswaar kan er vanuit huis op creatieve wijze worden doorgewerkt door gemeenten, provincies, waterschappen, het Rijk en ICT-aanbieders, maar toch is het noodzakelijk “te bezien welk uitstel nodig is”, aldus de minister. Ook de mondelinge behandeling van de laatste wetsvoorstellen in de Tweede en Eerste Kamer is voorlopig uitgesteld.

Maar er is meer…

In de brief van 29 november 2019 benoemde de minister drie criteria aan de hand waarvan zou worden bepaald of inwerkingtreding op 1 januari 2021 verantwoord zou zijn. Het ging om:

  • mate van stabiliteit van de wetgeving;
  • voortgang op het Digitale Stelsel Omgevingswet (“DSO”) en;
  • voortgang van de implementatie bij de bevoegde gezagen.

Het eerste criterium betreft op dit moment vooral het afwachten van de Aanvullingswet natuur en de adviezen van de Raad van State over de resterende wet- en regelgeving. Volgens de minister is hierover voor de zomer duidelijkheid. Dit criterium draagt vermoedelijk dus niet al te veel bij aan het besluit tot uitstel. Datzelfde geldt voor het derde criterium. Steeds meer overheidsorganisaties (Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen, omgevingsdiensten) maken stappen ten aanzien van de implementatie. 79% van alle overheidsorganisaties heeft zich aangemeld om aangesloten te worden op het DSO, al loopt de verwerving en implantatie van de lokale software volgens de minister wel wat achter op schema. De voortgang van het DSO vormt echter de grootste horde. De ontwikkeling hiervan loopt enorm achter op schema. Uit intern onderzoek van het ministerie is bovendien gebleken dat er dringend aanvullende maatregelen nodig zijn om knelpunten weg te nemen en om de implementatie te versnellen. Deze aanvullende maatregelen zijn volgens dat onderzoek essentieel voor een succesvolle implementatie van het DSO en daarmee van de Omgevingswet. Volgens een NRC-artikel dat eveneens op 1 april, voorafgaand aan het verschijnen van de kabinetsbrief, verscheen, zouden cruciale delen van het systeem nog niet beschikbaar zijn, zodat ook zonder de uitbraak van het coronavirus een (aanzienlijke) uitstel van de inwerkingtreding in de rede lag. Volgens betrokkenen bij de Omgevingswet zou de corona-uitbraak het kabinet een “dankbaar excuus” geven voor uitstel zonder gezichtsverlies, aldus het NRC-artikel. De roep om uitstel klonk al ruim voor de uitbraak van het coronavirus en ook wij uitten in een eerder blog onze twijfels over de datum van 1 januari 2021.We schreven “Het komende halfjaar zal cruciaal zijn”, maar dat de wereld er al op 1 april zo anders uit zou zijn, had niemand kunnen vermoeden.

Uitstel, geen afstel

In de brief van 1 april benadrukt de minister dat de herbezinning op de inwerkingtreding niet gaat over de vraag of het stelsel van de Omgevingswet in werking treedt, maar wanneer. Van uitstel komt als het aan de minister ligt dus geen afstel. De Wet, waaraan al sinds 2014 wordt gewerkt, zal als het aan het kabinet ligt dus nog steeds alle bestaande wet- en regelgeving op het gebied van de fysieke leefomgeving gaan vervangen, maar wanneer…? Wie het weet mag het zeggen. Dat de prioriteit de komende periode ligt bij de bestrijding van het coronavirus is duidelijk en kunnen wij natuurlijk alleen maar toejuichen. Maar wij blijven ons voorbereiden. Dan zijn we er klaar voor als de Omgevingswet wel in werking treedt.

Volgende week vervolgen we onze serie met een blog over de Aanvullingswet grondeigendom.

Deze blog verscheen eerder op Vastgoedjournaal

Menu