De gemeentelijke projectprocedure voor versnelling woningbouw?

Erwin Noordover en Rieneke Jager  bespreken de mogelijkheid van het wijzigingen van het omgevingsplan en te  kiezen voor het toepassen van de gemeentelijke projectprocedure.

Deze blog werd gepubliceerd op Vastgoedjournaal  |  Leestijd: 5 minuten

De Omgevingswet vervangt alle bestaande wet- en regelgeving op het gebied van de fysieke leefomgeving (o.a. ruimtelijke ordening, milieu en natuurbescherming). Onder het motto “eenvoudig beter” zullen 40 wetten en 120 AMvB’s worden gebundeld in één wet en vier AMvB’s. Dat zou het omgevingsrecht inzichtelijker, voorspelbaarder en gemakkelijker in het gebruik maken en zorgen voor een integrale benadering van de fysieke leefomgeving, meer flexibiliteit en afwegingsruimte voor lokale overheden en snellere besluitvorming. De inwerkingtreding van de Omgevingswet is voorzien op 1 juli 2022

Knelpunten in doorlooptijden woningbouw

De huizenprijzen blijven stijgen en het woningtekort is met 279.000 woningen te hoog. Een veel gehoord knelpunt in het versnellen van de woningbouwprojecten zijn de lange doorlooptijden van besluitvormingsprocedures. Dit geeft demissionair minister Ollongren, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, aan de Kamer te kennen bij brief van 12 november jl. betreffende de voortgang versnelling woningbouw. De Minister laat een verdiepend onderzoek uitvoeren naar de doorlooptijden en knelpunten in de omgevingsrechtelijke procedures bij woningbouwprojecten. De resultaten van het onderzoek worden begin 2022 verwacht en worden benut om waar mogelijk knelpunten weg te nemen of te verminderen. Nu de nieuwe Omgevingswet is voorzien op 1 juli 2022 ligt de vraag voor of de wet bijdraagt aan het versnellen van de woningbouw. Eén van de procedures waarmee gemeenten mogelijk de woningbouw kunnen versnellen is de gemeentelijke projectprocedure.

De gemeentelijke projectprocedure

Als de gemeente projecten, die niet passen binnen het vigerende omgevingsplan, mogelijk wil maken, kan zij het omgevingsplan wijzigen. Onder de Omgevingswet kunnen gemeenten ervoor kiezen de gemeentelijke projectprocedure toe te passen. Met de gemeentelijke projectprocedure wijzigt de gemeente de regels in het omgevingsplan voor een specifiek project. De gemeentelijke projectprocedure is bedoeld voor complexe projecten met een publiek belang waarbij meerdere oplossingen en alternatieven mogelijk zijn. Een project met een publiek belang kan bijvoorbeeld een binnenstedelijke transitie voor woningbouw zijn. Het grootschalige karakter en het publieke belang kunnen blijken uit bijvoorbeeld de gemeentelijke omgevingsvisie.

De procedurele stappen

De gemeentelijke projectprocedure kent de volgende stappen:

Stap 1: Kennisgeving van het voornemen
De gemeente geeft een beschrijving van de opgave, bijvoorbeeld hoeveel woningen en voorzieningen, en de wijze van uitvoeren van de verkenning. Eveneens geeft de gemeente in de kennisgeving aan of zij een voorkeursbeslissing gaat nemen. Het nemen van de voorkeursbeslissing is voor woningbouwprojecten optioneel en zorgt voor een extra stap in de besluitvorming. De voorkeursbeslissing kan nuttig zijn indien het complexe projecten betreft waarbij meerdere uiteenlopende oplossingen mogelijk zijn. Als het eenvoudigere opgaven betreft ligt het niet voor de hand een voorkeursbeslissing te nemen.

Stap 2: Kennisgeving participatie
De gemeente geeft aan hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen zullen worden betrokken. Het betreft de kennisgeving wie, waarover, wanneer wordt betrokken, waar aanvullende informatie beschikbaar is en wat de rol van initiatiefnemer en het bevoegd gezag is in het proces.

Stap 3: Verkenning
Met gebruik van de verkenning vergaart het bevoegd gezag kennis en inzichten over de aard van de opgave, de voor de fysieke leefomgeving relevante ontwikkelingen en de mogelijke oplossingen voor de opgave.

Stap 4 (eventueel): Voorkeursbeslissing
In de voorkeursbeslissing spreekt de gemeente zich op basis van de verkenning uit over de voorkeur van een bepaalde oplossingsrichting, zonder dat dit rechtstreeks bindend is. Hoewel de voorkeursbeslissing dus van meerwaarde kan zijn bij complexe projecten en projecten die veel controverse oproepen, lijkt het in beginsel niet raadzaam de voorkeursbeslissing te nemen voor de planologische inpassing van woningbouwprojecten waar versnelling van de besluitvorming wenselijk is. De beslissing wordt namelijk voorbereid met de uniforme uitgebreide voorbereidingsprocedure, waardoor er een ontwerp van de beslissing ter inzage moet worden gelegd en zienswijzen gegeven mogen worden. Dit lijkt in het kader van het versnellen van de woningbouwprojecten een ongewenste tussenstap.

Stap 5: Besluit tot wijziging omgevingsplan
Het doorlopen van de procedurele stappen mondt uit in het besluit tot wijziging van het omgevingsplan. Hierin moet de gemeente onder meer aangeven hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding zijn betrokken. Voor de duidelijkheid: de gemeentelijke projectprocedure kan nooit leiden tot een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

Het procedurele voordeel van de projectprocedure

Een voordeel van het volgen van de projectprocedure is dat het woningbouwproject direct wordt ingepast in het omgevingsplan. Daardoor is er geen omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit meer nodig. Daarmee vervalt ook de verplichting uit de Omgevingswet om uiterlijk binnen 5 jaar na de onherroepelijke omgevingsvergunning voor de buitenplanse omgevingsplanactiviteit het omgevingsplan aan te passen en, als dat niet mogelijk is, de omgevingsvergunning te wijzigen of in te trekken. Verder kunnen de voor de woningbouw andere benodigde omgevingsvergunningen, zoals de omgevingsvergunning bouwen, gelijktijdig met de procedure worden voorbereid. De procedurele versnelling bestaat eruit dat tegen alle besluiten die gecoördineerd worden voorbereid alleen beroep kan worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (hoogste bestuursrechter). De rechterlijke beslistermijn is vervolgens verkort naar 6 maanden. Voor grootschalige woningbouwprojecten kan de projectprocedure daarom te verkiezen zijn.


 

 

Menu