Column van Anne-Marie Klijn | gepubliceerd in PropertyNL Magazine nr. 7, 17 juli 2020
Onder het motto ‘eenvoudig beter’ zullen 40 wetten en 120 algemene maatregelen van bestuur (AMvB’s) worden gebundeld in één Omgevingswet en vier AMvB’s.
Eveneens verschenen op –> PropertyNL
Eén wet voor de fysieke leefomgeving (onder andere ruimtelijke ordening, milieu en natuurbescherming) moet omgevingsrecht inzichtelijker, voorspelbaarder en gemakkelijker in het gebruik maken. Op dit moment is er feitelijk geen sprake van een stelsel van omgevingsrecht, maar van een veelheid aan uiteenlopende regels, die voor niemand te overzien zijn. Het is niet gelukt de Omgevingswet op 1 januari 2021 in werking te laten treden, hoewel er al sinds 2011 aan gewerkt is. Na het zomerreces zal minister Ollongren het ontwerp van het zogenaamde Koninklijk Besluit tot inwerkingtreding aan beide kamers toesturen. Het precieze moment is daarbij afhankelijk van het verloop van de behandeling van de aanvullingsregelgeving over natuur in de Eerste Kamer, en vervolgens de duur van de daarop volgende advisering door de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerp van het Aanvullingsbesluit natuur.
Door corona is de deadline van de regionale energiestrategieën verschoven naar 1 juli 2021. De transitievisies warmte moeten uiterlijk 31 december 2021 zijn vastgesteld. Deze afspraken zullen verankerd worden in de instrumenten van de Omgevingswet, zoals omgevingsvisies, omgevingsplannen, omgevingsverordeningen en programma’s. Het is namelijk van belang dat uitstel van de Omgevingswet geen vertraging veroorzaakt bij de energietransitie. De beoogde 1 januari 2021 voor de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen is niet meer mogelijk.
Uit contacten met ambtenaren en bestuurlijke partners blijkt een groot draagvlak voor een snelle invoering van de Omgevingswet, aldus de minister. Dit geldt ook voor belangrijke maatschappelijke partners als VNO-NCW en de omgevingsverordeningen en programma’s. Het is namelijk van belang dat uitstel van de Omgevingswet geen vertraging veroorzaakt bij de energietransitie. De beoogde 1 januari 2021 voor de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen is niet meer mogelijk. Uit contacten met ambtenaren en bestuurlijke partners blijkt een groot draagvlak voor een snelle invoering van de Omgevingswet, aldus de minister. Dit geldt ook voor belangrijke maatschappelijke partners als VNO-NCW en de Nederlandse vereniging voor duurzame energie. De vraag is voor hen niet of, maar wanneer de wet in werking kan treden. Ze zien de Omgevingswet namelijk als belangrijk instrument om maatschappelijke opgaven zoals woningbouw, mobiliteit en de energietransitie vorm te geven.
Het nieuwe stelsel draagt bij aan de steeds belangrijker wordende samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving. In een klein land als Nederland is de integrale benadering van opgaven op het gebied van wonen, infrastructuur, milieu, water, natuur en cultureel erfgoed van groot belang voor de kwaliteit van de fysieke leefomgeving. Kortom: draagvlak genoeg in de samenleving, aldus de minister. Voor de voorbereiding van nieuwe projecten en de daarvoor benodigde procedure van besluitvorming zal het uitstel van de inwerkingtreding van de Omgevingswet geen negatieve gevolgen hebben. Concrete (bouw)projecten kunnen onverminderd met de huidige vergunningprocedures op grond van onder meer de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet natuurbescherming en de Waterwet worden gefaciliteerd. Ook kunnen op grond van de Wet ruimtelijke ordening nog bestemmingsplanprocedures worden gestart. Alle procedures voor bestemmingsplannen die zijn gestart voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet kunnen conform oud recht worden afgerond. Dat geldt ook voor de situatie waarin tijdens die procedures de Omgevingswet in werking treedt.
Op lopende procedures heeft de Omgevingswet dus geen invloed. Het overgangsrecht zorgt er daarmee voor dat bestaande rechten, die voortvloeien uit vergunningen en bestemmingsplannen, ongewijzigd blijven bestaan.