Erwin Noordover en Julian Schouten bespreken het codebesluit prioriteringsruimte bij transportverzoeken van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) dat op 1 oktober 2024 in werking is getreden. Met dit codebesluit wijzigt de ACM de Netcode elektriciteit en de vraag is wat zijn de gevolgen voor de woningbouwsector?
Dit blog werd gepubliceerd op Vastgoedjournaal | Leestijd: 4 minuten
Het nieuwe kabinet streeft ernaar jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen om het woningtekort in Nederland aan te pakken. In de praktijk heeft de woningbouwsector echter te maken met een aantal grote uitdagingen, waaronder een nijpend tekort aan transportcapaciteit op het elektriciteitsnet. Dit kan leiden tot enorme vertragingen voor woningbouwprojecten en vormt een bedreiging voor de doelstelling van het kabinet.
Het codebesluit prioriteringsruimte bij transportverzoeken biedt mogelijk een oplossing. Dit codebesluit introduceert een prioriteringskader in congestiegebieden, op grond waarvan woningbouwprojecten voorrang kunnen krijgen bij een aanvraag om transportcapaciteit. In deze blog bespreken we hoe dit codebesluit werkt en wat de mogelijke positieve gevolgen zijn voor de woningbouwsector.
Hoe werkt het prioriteringskader?
Het prioriteringskader bevat drie categorieën met projecten die voorrang krijgen bij de toekenning van transportcapaciteit, waarbij de eerste categorie de hoogste prioriteit heeft en de derde categorie de laagste. Partijen die menen dat zij binnen een van de categorieën vallen en daarom prioriteit krijgen, moeten parallel aan hun verzoek om transportcapaciteit een prioriteringsverzoek indienen bij de netbeheerder. Ook partijen die al in de wachtrij staan kunnen zo’n verzoek indienen. De netbeheerders zijn vanaf 1 oktober 2024 verplicht te beoordelen of het aangemelde project valt binnen een van de categorieën en eventueel met prioriteit transportcapaciteit toe te wijzen. Als er binnen één categorie meerdere verzoeken zijn, dan geldt nog steeds ‘first come, first served’ voor de toekenning van transportcapaciteit.
Het gaat om de volgende categorieën:
- Categorie 1: Congestie-verzachters
Congestie-verzachters krijgen de hoogste prioriteit. Dit zijn partijen die actief bijdragen aan het verminderen van congestie op het elektriciteitsnet, zoals een opslagpartij die flexibiliteit biedt. - Categorie 2: Veiligheid
Partijen die een belangrijke rol spelen in de nationale veiligheid zijn opgenomen in deze categorie en krijgen dus prioriteit na categorie 1. Dit betreft noodhulp, politie en defensie, veiligheidsdiensten, justitie, het gevangeniswezen, waterbeheer en acute gezondheidszorg. - Categorie 3: Basisbehoeften
In deze laatste categorie vallen functies die voorzien in basisbehoeften, zoals openbare drinkwatervoorziening, onderwijs, woonbehoefte, warmtevoorziening en gasnetten.
Wat valt onder woonbehoefte?
Specifiek met betrekking tot de woonbehoefte heeft de ACM het volgende bepaald. Partijen die voorzien in woonbehoefte kunnen in aanmerking komen voor prioriteit. Als voorwaarde geldt dat de individuele aansluitingen aangevraagd dienen te worden met het oog op huishoudelijk gebruik en niet vanwege commerciële of professionele activiteiten. Collectieve voorzieningen die direct zijn gekoppeld aan de woningbouw (zoals liften, centrale verlichting en verwarming van centrale ruimtes) worden gezien als onderdeel van de te realiseren woonbehoefte.
Een woningbouwproject waarbinnen ook andere functies worden gerealiseerd, zoals een plint met een bibliotheek en een aantal winkels, kunnen ook vallen onder de functie woonbehoefte en dus in aanmerking komen voor voorrang. Voorwaarde hierbij is dat het gaat om een ondergeschikte en kleinschalige functie ten opzichte van de woonfunctie en dat het woningbouwproject aantoonbaar niet gerealiseerd kan worden zonder die koppeling met een andere functie.
Wat betekent het codebesluit voor woningbouw?
Het codebesluit prioriteringsruimte bij transportverzoeken biedt de woningbouwsector belangrijke kansen om projecten sneller te realiseren in congestiegebieden waar de netcapaciteit beperkt is en wachttijden anders zouden oplopen. Door woningbouwprojecten als basisbehoefte binnen de derde prioriteitscategorie te plaatsen, kunnen deze projecten in bepaalde situaties voorrang krijgen bij de toewijzing van netcapaciteit. Dit verhoogt de kans dat nieuwe woningen, wijken en appartementencomplexen sneller op het elektriciteitsnet worden aangesloten.
Toch is maatschappelijk prioriteren geen volledige oplossing voor de congestieproblematiek van de woningbouw. Voorrang kan namelijk alleen worden verleend wanneer er daadwerkelijk capaciteit beschikbaar is, waardoor ook projecten bovenaan de wachtlijst mogelijk nog moeten wachten. Bovendien krijgt woningbouw in de derde categorie alleen voorrang als geen transportverzoeken van projecten uit de eerste en tweede categorie meer voorliggen bij de netbeheerder. Daarnaast concurreert woningbehoefte ook binnen de derde categorie met andere basisbehoeften, zoals drinkwatervoorziening en onderwijs, waarbij het principe van ‘first come, first served’ wordt toegepast. Daarom blijven ook andere congestiemaatregelen, zoals netwerkuitbreiding en het aanbieden van bijvoorbeeld alternatieve transportrechten, noodzakelijk om de congestieproblematiek effectief aan te pakken.
Hoewel de werkelijke impact van het codebesluit op de woningbouw dus nog moet blijken, is het een waardevolle stap in het versnellen van woningprojecten en daarmee cruciaal in de strijd tegen het woningtekort in Nederland.